Vanuit het veld zie ik een enorme baard staan langs de kantlijn. ‘Wauw, wat mooi!’ denk ik bij mezelf. Z’n manen hebben verschillende kleuren, ze staan hem goed. Een mooie mix van grijs vergezelt z’n bruinige jonge haartinten. Het was Alex! Ooit voerden we een gesprek in de Jumbo over een collega van hem die hem had wijsgemaakt dat er oliën bestonden om de baard zachter te laten aanvoelen, want de vrouw hield nu eenmaal meer van donshaar. Hij had het nog gekocht ook. Enkele maanden later had hij het opgegeven zei die. ‘Dat spul werkt ja niet.’
Het was zo’n wedstrijd waarbij je kon letten op andere zaken dan de bal. Zeer prettig. Dennis riep – ‘Heb je plezier!?’ Ja, ik had wel plezier. Wat me potverdikkie was ontgaan was dat een medespeler een warming up deed met een sigaret in z’n mond. Gelukkig had Rick het gezien. Fantastisch, wat een gezicht moet dat zijn geweest! Beetje lopen om het lijf soepel en gezond te maken. Klaar voor de strijd! Tegelijkertijd de frisse zuurstof die de longen extra opnemen vergezellen van de dagelijkse portie nicotine. Het kan allemaal. Dennis zat op de bank helaas, as maandag wil hij’t weer proberen. Das trouwens ook een ding – de maandagtraining. Toen ik in’t Driede begon, was dat prachtig, want we trainden maar één keer in de week, en deden alleen maar partij! Tegenwoordig is er jeugdig enthousiasme en dat probeert ons op sleeptouw te nemen naar een tweede trainingsavond en andere trainingsvormen dan partijtje. Heel goed, maar mij niet gezien. Het fanatisme wordt er niet minder op met Joost in onze gelederen. Wat een man. Zelfs in de derde helft legt hij uit wat voetballogica is. Dat levert mooie gesprekken op, want JW zei: ‘Als iemand iets niet is bijgebracht, dan kan hij’t ook niet weten.’ Als een spons luisterden sommigen mee, hongerig naar kennis.
Ondertussen was het 2-0 bij rust. Uit een assist van Edwin had ik gescoord, en Marijn scoorde prachtig geplaatst een vrije bal. Mooi langs’t muurtje in de korte hoek. Zijn vader glunderde trots langs de zijlijn. Na tien jaar afwezigheid was hij eindelijk weer eens te kijken, aldus Marijn.
De tweede helft verloor ik’t plezier even, dat was me ook wat. Plots stonden we 2-3 achter! De tegenstander verschalkte Joost eenmaal met een wereldgoal, en tweemaal door onrust bij ons achterin. Het gaf niet. Edwin zei: ‘We moeten even een één tweetje maken Sjakie.’ Hij passte Sjakie in opstomend van’t middenveld. Sjakie kreeg em linksvoor, kreeg Ed hem nog terug? Ja hoor, net op’t moment dat de tegenstander dat niet verwachtte en hoppakee, Ed schoot hard raak in de hoek. Gelijkspel. Sjakie had nog wat restanten blik in z’n pokkel van de fantastische klaverjas avond in de Fit Boys kantine. ‘Geeft niets, één keertje is genoeg,’ zei ik tegen hem. En dat bleek, hij sneed die zestien in, ontving m’n assist, een pooier in de hoek waar de goal moest wezen en hoppa – 4-3 winst. ‘Eén keertje was genoeg toch’ zei die glimlachend. De vreugde was groot en de gastvrijheid nadien van Andre en z’n vrouw ook.
Fantastische anekdote: ‘Ik had vandaag een Johan Cruijff momentje. Cruijff zei dat als hij de bal in de hoek ontving met een tegenstander bij zich, dan was het enige wat hij wilde van z’n medespelers: dat ze hem met rust lieten, en niet bij hem kwamen vergezeld door nog een tegenstander. Dus toen jij de bal in de hoek kreeg, bleef ik gewoon staan.’